Podcast Vreedzame wijk
Op verschillende plekken in Nederland wordt het programma Vreedzame Wijk ingezet om samen te werken aan een pedagogische basis: een goed voorbeeld van hoe je samen met de gemeenschap kunt inzetten op weerbaarheid. In deze podcast spreekt presentator Ewout de Bruijn hierover met Annemiek van Vliet, directeur van de stichting Vreedzaam. Ook gaat hij langs in de gemeenten Rotterdam en Utrecht, waar verschillende betrokkenen vertellen hoe de methode in de praktijk wordt gebracht. Aan het woord komen onder meer een ambtenaar, een jongerenwerker en een docent en kinderen van de Van Eijckschool in Rotterdam.
Podcast Vreedzame wijk
[Ewout de Bruijn] Dit is een podcast van het project Weerbare Gemeenschappen van de Expertise-unit Sociale Stabiliteit van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Op verschillende plekken in Nederland komen kinderen en jongeren in aanraking met geweld en zware criminaliteit. In de wijk waar ze wonen en naar school gaan vinden bijvoorbeeld steekincidenten en mishandelingen plaats en worden mensen afgeperst. Kinderen en jongeren zien dat gebeuren of zijn er zelfs bij betrokken, bijvoorbeeld omdat ze geronseld worden door criminelen.
Zulke ervaringen zijn niet goed voor de toekomst van jongeren; ook de leefbaarheid en veiligheid van wijken staat daardoor onder druk. Bij het tegengaan van deze ontwikkeling speelt naast de overheid, ook de gemeenschap een belangrijke rol. Ik ben Ewout de Bruijn en we maken deze podcast voor iedereen die betrokken is bij het programma Preventie met Gezag. Niet alleen voor ambtenaren uit de Preventie met Gezag gemeente, maar ook voor buurtregisseurs, jongerenwerkers, schooldirecteuren in heel Nederland.
Deze podcast gaat over het belang van écht samenwerken met lokale gemeenschappen op een gelijkwaardige, wederkerige manier. Op verschillende plekken in Nederland wordt het programma Vreedzame Wijk ingezet om de weerbaarheid van mensen te vergroten, en in deze podcast praten we daarover met Annemiek van Vliet, directeur van de stichting Vreedzaam. Annemiek, welkom.
[Annemiek van Vliet] Dankjewel Ewout.
[Ewout de Bruijn] En we praten zo meteen ook met Monique Theijsmeijer. Je bent van het wijkbureau Overvecht. Zijn we ook te gast hier. Dank daarvoor en welkom.
[Monique Theijsmeijer] Dankjewel Ewout.
[Ewout de Bruijn] Verderop in deze uitzending hebben we ook nog een reportage over een basisschool in Rotterdam waar kinderen zelf aan de slag gaan met het voorkomen van conflicten.
[Kind(eren) van de Van Eijckschool] Als ik de gele pet op heb, als ik in een ruzie ben, dan denk ik: “ik wil een win-win situatie”, zodat we geen ruzie gaan krijgen. Dat zij haar zin heeft en ik mijn zin heb. Als ik de blauwe pet op heb, denk ik zo van: “Nee, ik ga mij er niet mee bemoeien.” maar die pet gebruik ik niet echt. En als ik de rode pet op heb, moet je me eigenlijk vooral met rust laten, want dan ben ik écht boos.
[Ewout de Bruijn] We praten over de persoonlijke ervaringen van de jongerenwerker Mohammed Amda, hij brengt het programma Vreedzaam in de praktijk. Hoe doet hij dat? En we lopen nog rond in Rotterdam met een wijkmanager daar, Niels Hoogwerf. En ook hij vertelt over de dynamiek in zijn wijk. En hoe hij daar bezig is om Vreedzaam op te zetten. Een boordevol programma dus. En daarom gaan we snel beginnen. Annemiek van Vliet, directeur van de stichting Vreedzaam, welkom. Jullie bereiden kinderen voor op meedoen in de democratische samenleving. Dat is de kern van Vreedzaam. Dus om goed te snappen waar deze podcast over gaat: vertel eens wat over jullie aanpak.
[Annemiek van Vliet] Ja, Vreedzaam… We praten er veel over. Maar uiteindelijk moet je het gewoon doen. Het gaat erom… Hoe gaan we het elkaar om? Hoe bekommeren wij ons om elkaar? De nieuwe burger wordt in iedere wijk vandaag weer geboren. En wij als medevolwassenen hebben een verantwoordelijkheid om die samen goed groot te brengen. Samen natuurlijk met de ouders uiteraard, of de verzorgers. Wat voor ons van belang is, is dat dat niet altijd vanzelf gaat, dat “goed opgroeien”. Daar heb je van alles voor nodig, waaronder natuurlijk school, maar ook... Kinderen komen na schooltijd bij de vrije tijd.
[Annemiek van Vliet] Allemaal activiteiten. De sportvereniging, bibliotheken, met de wijkagenten in contact en met mensen van de gemeente... Verzin het maar, waar kinderen allemaal komen. Allemaal medeopvoeders. En de vraag is: hoe kunnen wij elkaar helpen om kinderen te leren dat ze een stem mogen hebben en dat ze die kunnen ontwikkelen. Dat ze een steentje bij kunnen dragen voor de omgeving. Dat conflicten er mogen er zijn. Gelukkig… In een democratie. Maar we gaan ze oplossen.
[Annemiek van Vliet] Hoe gaan we dat doen? En hoe kunnen we nou naar elkaar luisteren zonder elkaar meteen uit te sluiten? Dus de vooroordelen te verminderen. Dat zijn allemaal aspecten van de Vreedzame School en de Vreedzame Wijk. Het komt van school en we trekken het door naar de wijk. Waarbij wij het gewoon heel van belang vinden dat kinderen voelen van... Ik doe ertoe. Ik mag er zijn. Ik hoor erbij. Ik ben welkom. Ze hebben me nodig… En als we dat gevoel kunnen geven en die binding eigenlijk met de omgeving, met de samenleving kunnen creëren. Dan gaan kinderen daar zich ook echt naar gedragen en een steentje bijdragen.
[Ewout de Bruijn] In Den Haag noemen ze dat dan een weerbare samenleving. Kinderen worden weerbaar gemaakt. Leidt dat er nou ook toe… Of is dat het doel dat ook de criminaliteit, bijvoorbeeld jeugdcriminaliteit, dat die afneemt? Omdat kinderen zich op een andere manier in de samenleving verhouden?
[Annemiek van Vliet] Ja, goede vraag. Die wordt natuurlijk vaak gesteld. Als we nou met een vreedzame school of een vreedzame wijk gaan starten in onze wijk of in onze stad, komt het dan goed? Het is een preventief programma, wat ik al zei. Een pedagogisch programma. Waartoe voeden wij op? Dus het is zeker zo dat het aantoonbaar is. Er zijn ook al heel veel wetenschappelijke onderzoeken naar gedaan door alle universiteiten en hogescholen door studenten om te kijken wat zijn de effecten. Nou dat is zeker aantoonbaar, dat kinderen zeker resultaten hebben opgedaan en waar duidelijk te merken is dat kinderen hier veel aan hebben, ook voor hun latere leven. Dat is natuurlijk de bedoeling. Of daarmee ook de criminaliteitscijfers naar beneden gaan, durf ik zeker niet te zeggen. En dat komt ook met name omdat er zoveel invloeden hierin ook nog meespelen. De sociale norm die we zetten met Vreedzaam… We willen gewoon met elkaar een fijne wereld het fijne stukje samenleving. Ja, dat gaat gewoon niet vanzelf. Daar komen heel veel partijen bij kijken om dat samen goed te doen
[Ewout de Bruijn] En begint ook… Niet alleen bij kinderen. Want de omgeving… Je noemt al de andere opvoeders: ouders, leraren, opa's, oma's, de sportleraar… Iedereen is er eigenlijk verantwoordelijk voor en bij betrokken.
[Annemiek van Vliet] Precies. En dat is dus wat de vreedzame wijk is. Dus wij betrekken ook al die partijen erbij… Die rondom kinderen en ouders actief zijn, om daarin samen naar een bepaalde taal of bepaalde handelingen te kijken. Maar ook te kijken van, goh, hoe kun je nou de toon aanpassen als je iemand wil aanspreken, als je een conflict hebt wat je ziet tussen twee kinderen, dat je niet gaat zeggen: “dat ga ik als volwassene oplossen.” Want dat gaat niet zo goed werken, want de oplossing is van jou en dan niet van de kinderen. Dus maak ze mede-eigenaar van hun eigen conflict, zeggen we dan. Want dat is prima. Daar leren ze van. Nou, dat zijn eigenlijk dingen die we met ouders, bewoners, in bijeenkomst, in trainingen, in sessies... Nou ja, waar dan ook. Dat we dat toepassen. Dus we betrekken iedereen erbij. Iedereen is welkom.
[Ewout de Bruijn] Ja, Annemiek, we praten zo verder. Eerst naar de Van Eijckschool in Rotterdam. Onder leiding van docent Nadia Malek. Daar gaan de kinderen uit de hoogste klassen namelijk zelf aan de gang met conflicthantering en mediatie. En ik mocht daar een ochtendje bij zijn.
[Nadia Malek] Er zijn twee mediatoren. Wie? Jullie gaan dus zometeen mediëren. Er zijn twee kinderen die hebben een conflict. Wie waren dat? Juist, jullie twee. En de rest observeert. Wat doet iemand nou die aan het observeren is? Wat doe je dan?
[Kind(eren) van de Van Eijckschool] Die kijkt goed naar hoe wij de taak uitvoeren. Zodat de personen die ook mediator zijn, dat kunnen gebruiken als voorbeeld voor een andere keer.
[Nadia Malek] Ja, goed. En we geven elkaar ook tips en tops. En waarom zijn die tips en tops nou belangrijk?
[Kind(eren) van de Van Eijckschool] Voor als je een fout maakt, dat ze weten wat ze de volgende keer beter zou kunnen doen.
[Nadia Malek] Ja, wat je anders kan doen. Fouten maken, van fouten maken leren, dat is niet erg. Maar we kijken goed met elkaar mee, oké, hoe zou het ook anders kunnen. Of misschien gaat het weer helemaal goed, dat kan ook. Oké, nou, hebben we een conflict bedacht? Wat is jullie conflict vandaag?
[Kind(eren) van de Van Eijckschool] Over een fiets.
[Ewout de Bruijn] Het is niet alleen praten wat de kinderen hier doen op school, maar ook heel veel oefenen. Want hoe doe je dat nou als mediator in een conflict? Hoe stel je je op en welke vragen stel je? Daar oefenen ze mee.
[Kind(eren) van de Van Eijckschool] ‘’Zij heeft mijn fiets gestolen die ik van mijn moeder heb gekregen. Wat is jouw kant van het verhaal?’’
‘’Ik vond de fiets mooi, dus ik heb hem meegenomen.’’
‘’Dus zonder enige reden?’’
‘’Ja.’’
‘’Hoe voel je je daarbij?’’
‘’Slecht.’’
‘’Wat ik nu begrijp is dat jij zijn fiets mooi vindt dus je hebt het gepakt zonder te vragen. Wat is jullie oplossing?’’
‘’Mijn oplossing is dat als ze mijn fiets wil dat ze het eerst moet vragen.’’
‘’Ben jij het daarmee eens?’’
‘’Ja.’’
[Ewout de Bruijn] Nadia Malek, u bent docent hier op de Van Eyck school in Rotterdam. Een vreedzame school. Wat hebben we net gezien?
[Nadia Malek] We hebben net een mediatorentraining gezien. Zij gaan straks tijdens de vrije momenten, dus de momenten waarop juist conflicten kunnen ontstaan, op een schoolplein bijvoorbeeld… Zij gaan die conflicten oplossen samen met kinderen. Zij helpen kinderen met het vinden van een win-win situatie. Want iedereen wil fijn en veilig en blij op school zijn. Dus die win-win situatie is gewoon om iedereen tevreden te hebben.
[Ewout de Bruijn] Kun je dit van kinderen vragen?
[Nadia Malek] Zeker. Wij doen dit nu al een aantal jaren. Ik heb vorig jaar mogen ervaren dat… Ik ga één keer in de week met die kinderen vergaderen. En vorig jaar kon ik een keer niet omdat er een zieke docent was. En toen kwam ik beneden en toen zaten ze in één keer te vergaderen zonder mij. En toen zei ik, wat zijn jullie nou aan het doen? En toen zeiden ze: “Ja juf, u bent er toch niet? We gaan gewoon door hoor.” Nou, toen zaten ze netjes met een document te werken en in te vullen welke taken er waren. En ja, ook gewoon een soort van supervisiebijeenkomst zeg maar.
[Ewout de Bruijn] Kun je het van kinderen vragen dat zij een ruzie met andere kinderen moeten oplossen?
[Nadia Malek] Nou het zijn geen ruzies hè, het zijn conflicten. Kijk een echte ruzie, de leerkrachten zijn dan ten alle tijden eindverantwoordelijk. Maar de conflicten, dus over een bal of een gum, dat kan gewoon.
[Ewout de Bruijn] Nadia Malek was dat, docent op de Van Eijckschool in Rotterdam. Terug hier naar het buurtcentrum Overvecht, het wijkcentrum waar ik nog steeds zit. Met Annemiek van Vliet, directeur van de stichting Vreedzaam. Het is een prachtige methode waaraan gewerkt wordt, ook op die Van Eijckschool. De praktijk kan ook heel weerbarstig zijn.
[Annemiek van Vliet] Nou, de praktijk is zeker weerbarstiger. Omdat in de samenleving kinderen natuurlijk na school...Waar bepaalde sociale normen heersen van: “Zo gaan we hier met elkaar om...” daar gelden op straat natuurlijk toch weer andere normen. En kinderen, ook al hebben zij die vaardigheden goed aangeleerd gekregen... En kunnen ze dat tussen half negen en twee of drie... Onder schooltijd heel goed toepassen... Gaan dat gewoon niet vanzelfsprekend toepassen in de situatie buiten school. Want die sociale norm is daar anders. En dat is voor kinderen onveilig. Dus met de Vreedzame Wijk proberen we juist die omgeving buiten op hen toe te passen. Zodat ook de wijkagent weet van: “Hé, dit zijn mediatoren op school.” Of we weten dat jullie leren om bij de leerlingenraad je stem te laten horen. Nou, als dat ook op andere plekken buiten school gebeurt, dan is de norm voor kinderen gewoon wat eenduidiger en kunnen we elkaar daar beter op vinden.
[Ewout de Bruijn] Ja, Monique Theijsmeijer van het wijkbureau Overvecht hier. Je begon al een beetje te lachen toen ik die vraag over de praktijk stelde.
[Monique Theijsmeijer] Ja.
[Ewout de Bruijn] Wat maken jullie hiermee in Overvecht?
[Monique Theijsmeijer] Nou ja, bij een van de buurtaanpakken waar ik zelf de trekker van ben, van de 3S-dreven, dat zijn drie tienhoogflats aan de Schoon-Eggedreef, Strooienborgdreef en Scharlakendreef… Daar hebben we eigenlijk door een onderzoek van ‘Wij Jonker’ ontdekt dat de spanningen tussen de bewoners te maken hebben met de kinderruzies, die ze dan zelf overnemen. En dan gaan ze daar met de volwassenen verder ruzie over maken. En dat is ook best wel moeilijk, omdat we heel veel verschillende doelgroepen hier hebben leven. Die niet allemaal de Nederlandse taal machtig zijn. En dan komen ze al heel snel tot vooroordelen naar elkaar toe en dan begint het schreeuwen en elkaar uitschelden. En daar hebben we eigenlijk met elkaar bedacht: met Stichting Vreedzaam als ondersteuning, om de spanningen tussen de bewoners via de vreedzame methode op te lossen.
[Ewout de Bruijn] En hoe begin je dan? Want voor het beeld: er zijn drie grote tien hoogflats in Utrecht, er wonen duizenden mensen… En op een gegeven moment hebben veel mensen daar ruzie met elkaar. En ik kan me voorstellen dat zijn dan ruzies van school. Maar dat gaat door en dat gaat door... Op een gegeven moment weet niemand meer waar die ruzie nou ooit begon. Maar de groepen staan wel gewoon tegenover elkaar. En dan komen jullie.
[Monique Theijsmeijer] Gelukkig zijn het niet allemaal ruzies die tegelijkertijd plaatsvinden. En zijn het gelukkig ook niet hele grote groepen die tegenover elkaar staan. Dus je begint eigenlijk heel klein. Je probeert eigenlijk alle professionals die daar in de buurt werken, die nog niet vreedzaam zijn getraind, om die vreedzaam te trainen. Dus dat hebben we eerst gedaan met de leden van de buurtaanpak. Dat zijn dan de partijen die de uitvoerende taken hebben, zoals DOC, welzijnswerk is dat, en jongerenwerk en de voetbalvereniging. Die proberen we daar allemaal op te trainen, zodat die ook precies weten hoe ze op een vreedzame methode met de kinderen om kunnen gaan. Zodat die ruzies niet al overvliegen naar de ouders. En de ouders proberen we eigenlijk de vrijwillige bewoners die ook mee willen doen met Vreedzaam, om die te trainen. En zo probeer je eigenlijk een netwerk te krijgen van mensen die vreedzaam getraind zijn. Vrijwillige bewoners die vreedzaam getraind zijn, die elkaar dan kunnen helpen met conflict hanteren zoals dat gebruikt wordt bij Vreedzaam.
[Ewout de Bruijn] Ja, dat gebeurt niet alleen in Overvecht, maar ook bijvoorbeeld in de Rotterdamse wijk Hillesluis. Wijkmanager Niels Hoogwerf is daar bezig om het Vreedzaam programma uit te rollen. Om het zo maar eventjes te zeggen. En hij heeft ook wel een bepaald wensenlijstje van wat hij hoopt dat daar uit gaat komen.
[Niels Hoogwerf] Wat ik vooral hoop is dat in de contacten die mensen onderling met elkaar hebben. Dat ze daar…Ik zeg altijd als je één initiatiefnemer hebt is fantastisch. Als er twee zijn wordt het ingewikkeld. En als er drie zijn hebben ze al snel ruzie met elkaar. Als een van die drie dan opgeleid is binnen Vreedzaam en kan zorgen dat we tussen twee en drie, dat we daar wat minder conflict hebben, dan hoop ik dat die netwerken groeien, dat ze dikker worden... En als die netwerken wat dikker worden hoop ik ook dat ze meer meters kunnen maken op de vraagstukken die ze aan willen vangen.
[Niels Hoogwerf] Ik denk dat het hier heel erg gaat over samenleven. Hoe leef je op een goede manier samen? Hoe ga je om met conflicten? Hoe zorg je ervoor dat je met elkaar zowel kleine als grote problemen aanvliegt? Dus dan kan het gaan over het gezamenlijk onderhouden van het groen, het opfleuren van de straat... Het kan ook gaan over het samenbrengen van bewoners of van buren om een gezamenlijk kopje koffie te drinken. Hier is het vaak: ‘’Jij schreeuwt, ik schreeuw harder en wie het hardste schreeuwt heeft het meeste gelijk.’’ En daar verliezen mensen denk ik ook elkaar gewoon een beetje in.
[Niels Hoogwerf] Als dat natuurlijk gewoon een stapje kan maken dat het minder schreeuwen is en meer praten, dan geloof ik ook dat we langzaamaan wat meer begrip en inzicht in elkaar kunnen krijgen. Je hoeft niet altijd vrienden met elkaar te zijn, maar je hoeft ook niet elkaars vijanden gelijk te zijn. Dat zijn allemaal dingen die in de methodiek van vreedzaam, of het achtergoed van vreedzaam, ik weet niet hoe we dat noemen… Volgens mij ook gewoon een belangrijke plek hebben. En als we die… Ik geloof altijd heel erg in het idee van een sneeuwbal. Klein beginnen, maar als we die laten rollen, en we laten die rollen door zowel met de kinderen aan de slag te gaan als met de volwassenen aan de slag te gaan, dan kunnen we hopelijk die sneeuwbal telkens een duwtje geven.
[Ewout de Bruijn] Mohammed Amda, jongerenwerker in de Utrechtse wijk Leidsche Rijn. Mohammed, welkom in deze uitzending.
[Mohammed Amda] Dank je wel, Ewout.
[Ewout de Bruijn] Hoe kijk jij naar dat Vreedzaam-programma, naar die Vreedzaam-aanpak?
[Mohammed Amda] Kijk, ik zie Vreedzaam niet als de wonderoplossing voor alle problemen. Maar ik vind wel dat het echt een enorme bijdrage heeft. Want je leert het door een soort van universele taal te spreken die iedereen herkent. Als ik als voorbeeld neem de basisscholen in Overvecht… Al jarenlang werken die op een vreedzame manier. Als jij een jongere tegenkomt van 15, 16 die ooit op zo'n school heeft gezeten en die hoeft alleen maar de term ‘mediator’ te laten vallen of vreedzaam, dan weet diegene gelijk nog ‘’Oh ja dat heb ik gehad op de basisschool’’, en die kan daarover meepraten. Ik denk dat het gewoon zo'n hele belangrijke tool is voor zowel ouders, professionals, opvoeders et cetera, om dat van jongs af aan al in te bedden, zodat je daar later op latere leeftijd profijt aan kan hebben.
[Ewout de Bruijn] Ja, en waarom is dat zo belangrijk? Wat is er dan zo belangrijk volgens jou aan die vreedzame aanpak?
[Mohammed Amda] Je leert kinderen gewoon op een hele jonge leeftijd hoe ze om moeten gaan met conflicten, hoe ze conflicten moeten hanteren. Hoe ze op een respectvolle manier hun eigen mening kunnen geven zonder dat ze het per se eens zijn met de ander. En ja… Dat zijn wat mij betreft basis ingrediënten voor een juiste opvoeding voor een kind. De invloeden van buitenaf zijn zo groot ten opzichte van vroeger dat het eigenlijk niet te doen is voor ouders alleen. Ik bedoel je kent waarschijnlijk de term van ‘’it takes a village to raise a child’’. Nou dat is eigenlijk wat er nu aan de gang is. Je kan het niet overlaten aan de ouders alleen. Want zij hebben geen flauw idee wat er gebeurt. Bijvoorbeeld op social media, wat er op school gebeurt, wat er buiten op straat speelt... En ja, tuurlijk heb je als ouder daar verantwoordelijkheid in. Maar we moeten het met z'n allen doen.
[Ewout de Bruijn] Het is natuurlijk een heel mooi instrument. Hoe breng je dat aan de man? Hoe vertel je jongeren op straat die in een hele andere belevingswereld zitten en dit misschien helemaal wel niet cool vinden of niet kennen. Hoe vertel je hen over vreedzaam?
[Mohammed Amda] Je voert het eigenlijk gewoon uit zoals het is, zonder per se de hele term vreedzaam te noemen. Ik kan me voorstellen dat ze dat niet stoer vinden of belachelijk vinden. Maar als jij gewoon aangeeft van hé jongens, meisjes, ik zie dat er wat aan de hand is tussen jullie twee. Laten we ze alle drie gaan zitten. We vragen jou eerst om je verhaal te doen. Jij mag daar even niet op reageren. En vervolgens kom jij aan de beurt. Dat werkt gewoon prima. Ongeacht wie je tegenover je hebt. En dat is eigenlijk wat Vreedzaam ook inhoudt. Alleen zonder het per se een label te geven. De jongeren die het hebben meegekregen op de basisschool. Die vinden het eigenlijk wel leuk! Die benoemen ook soms heel trots. ‘’Ja, toen op de basisschool was ik mediator.’’ En ja, voor jongeren die het voor wie het totaal onbekend is, ja, die kijken echt aan van: ‘’Waar heb je het over?” Die snappen er helemaal niks van.
[Ewout de Bruijn] Mohammed Amda, jongerenwerker in de Utrechtse wijk Leidsche Rijn. Dank voor jouw verhaal. Annemiek, Mohammed vertelt dat hij jongeren tegenkomt die op school dit al geleerd hebben, maar dat er ook nog steeds kinderen zijn die zeggen: ‘’Ja, vreedzaam... Ik heb eigenlijk geen enkel idee.’’ Dat geldt misschien ook wel voor volwassenen, mensen die nu naar deze podcast luisteren. Dat gedachtegoed, waar komt dat eigenlijk vandaan?
[Annemiek van Vliet] De geschiedenis is ongeveer ontstaan rond 2000. Ongeveer 25 jaar geleden, toen pedagogen uit het onderwijs in met name in Overvecht is dat begonnen op scholen, behoorlijk veel negatief gedrag tussen kinderen ervaarden. En dat leerkrachten daar heel erg druk mee waren om dat allemaal in goede banen te leiden. En dat zij zeiden van: “Hey, zouden we niet daar een antwoord op moeten kunnen vinden?” En zo zijn ze gaan kijken in New York. Zo is het gebeurd met ‘peer mediation’. Daar hebben ze hele mooie voorbeelden gezien van kinderen die hun eigen conflicten van hun eigen leeftijdsgenoten konden oplossen. En toen hebben ze gezegd ja, dat is een beetje een Amerikaanse aanpak… Het zal niet helemaal zo werken in Nederland. Dus wij gaan daarna een heel pedagogisch programma van maken. En dat was net in de periode van Normen en Waarden van ons Balkenende kabinet. En op dat moment is dus... Om een lang verhaal kort te maken… Is in de onderwijswet voor het eerst, rond 2004, 2005… Is burgerschap als belangrijk onderdeel van de onderwijswet ingevoerd en daarmee het versterken van burgerschapsvaardigheden voor kinderen en jongeren. Het werd dus niet meer een projectje, zo van: “Nou ja, we gaan ook voorlezen met kleine kinderen in het bejaardencentrum of het verzorgingscentrum”, maar dat werd echt een vraag van: “Kunnen jullie dat meer onderbouwen en met een structuur in school invoeren?” Nou dat is de reden geweest toen het in de onderwijswet kwam, dat er programma's zijn ontstaan waarbij de Vreedzame School een van de burgerschapsprogramma's is geworden qua ontwikkeling. Dus dat is 25 jaar geleden begonnen en uitgevoerd in Overvecht, waar we nu zitten. En inmiddels over 1100 scholen in heel Nederland en still counting. En ook andere programma's die ook hier heel erg aan bijdragen zijn toen ontstaan.
[Ewout de Bruijn] Ja, want deze podcast is niet alleen voor scholen en gemeenten die al zijn aangesloten, maar ook heel nadrukkelijk voor mensen die er meer over willen weten. Kan dit nou gewoon op iedere school, zo'n programma? Of kan het in iedere wijk in Nederland?
[Annemiek van Vliet] Zeker. Ja. En ook… We werken ook in wijken waar niet alle scholen vreedzaam zijn, zodat we kunnen voortborduren op de vaardigheden van de kinderen van de school in de wijk. Zodat we ze dezelfde taal en handelingen kunnen aanleren. Maar kinderen staan er ook gewoon voor open als je ze een veilige omgeving biedt om ook na schooltijd te leren: “Hoe ga je op een leuke manier je conflict oplossen en hoe kan jij nou steentje bijdragen?” Dus die pijlers kun je heel goed op allerlei plekken invoeren en met elkaar aan de slag.
[Ewout de Bruijn] Ik las ergens… Er stond zeg maar over vreedzaam: “we willen dat jongeren opgroeien in een samenleving die hem als potentieel beschouwd en niet als probleem”, maar dat geldt toch ook gewoon voor alle andere mensen in een wijk, Monique?
[Monique Theijsmeijer] Ja, natuurlijk geldt dat voor alle mensen in de wijk. Ja, zeker.
[Ewout de Bruijn] Dus die aanpak, wil ik maar zeggen, is ook heel logisch dat je dat niet alleen op kinderen...
[Monique Theijsmeijer] Nee, en dat gebeurt natuurlijk eigenlijk al bij de lagere scholen, dat de ouders worden gevraagd om ook oudermediator te worden, zodat zij ook weten hoe hun kinderen pedagogisch worden ondersteund. En ze kunnen dan ook als vrijwillige ouders meedoen met toezicht in de speeltuin van de lagere school, zodat zij ook op die manier betrokken worden als ouder bij de vreedzame aanpak. Maar dat geldt natuurlijk ook voor andere volwassenen die geen kinderen hebben en handelingsverlegen zijn in een conflict oplossen. En daar is de bij onze buurt de aanpak mee begonnen het zijn allemaal mensen van verschillende doelgroepen die allemaal bij elkaar zijn komen wonen en niet allemaal de Nederlandse taal machtig zijn… En ja die geef je eigenlijk weer handvaten om netjes of een op een leuke en aardige manier met elkaar om te gaan. en net wat Annemiek zegt: conflicten ontstaan. En je bent het niet met elkaar eens in je hoeft het ook niet overal met elkaar over eens te zijn, dat helemaal niet. Gelukkig leven wij inderdaad in een democratie. Maar je wil wel graag dat mensen het zelf kunnen oplossen. Dat ze zelf hun verschillen en meningsverschillen kunnen oplossen zonder dat er ruzie of gevechten ontstaan.
[Annemiek van Vliet] En daar is dus voor nodig dat je elkaar kent.
[Monique Theijsmeijer] Ja!
[Annemiek van Vliet] En dat is natuurlijk wat je heel veel ziet. In kwetsbare gebieden is die verbindingskracht, noem ik het maar, Dus hoe verbinding, ja, bindingskracht moet ik zeggen, een stuk minder geworden, waardoor kinderen ook niet meer leren om zich daar ook toe te verhouden. Omdat als het allemaal maar een beetje los zand is, dan ben je al gauw geneigd. Van nou ja… “Het zal wel” of “Dat moeten ze voor mij regelen”. Maar je kan ook kijken naar: “Wat kunnen we dan zelf?” Ik ben vanochtend met allemaal studenten, heb ik hier ook mee zitten prikken. Ze hadden zelf bedacht om een steentje bij te dragen aan de buurt waar hun school staat om afval te prikken. Want dat is nogal een ellendige bedoening. Dus daar willen ze heel graag een steentje bij aan dragen. Dus we dachten nou we gaan lekker met de studenten de wijk in. Nou als je dan ziet dat is wel wat het is. Dit is letterlijk je steentje bijdragen. En op die manier is er binding met zo'n wijk. En ze hebben mensen gesproken. De meneer van de reinigingsdienst kwam ook nog langs. En die gaf ze ook nog een opsteker. Ik denk, ja, weet je, dat is natuurlijk wel hoe we het met elkaar moeten gaan doen.
[Ewout de Bruijn] Dank voor dit gesprek. Annemiek van Vliet hoorde u, directeur van de stichting Vreedzaam. En verder te gast in deze uitzending Monique Theijsmeijer van het wijkbureau Overvecht. We spraken met jongerenwerker in Leidsche Rijn, Mohammed Amda… We liepen een dagje mee met Niels Hoogwerf, de wijkmanager van Hillesluis in Rotterdam. En speciale dank aan Nadia Malek en de kinderen van de Van Eijckschool in Rotterdam. Mijn naam is Ewout de Bruijn en u luisterde naar een podcast van het project Weerbare Gemeenschappen van de Expertise-unit Sociale Stabiliteit van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.