Gemeenten hebben belangrijke rol in aanpak radicalisering en extremisme

In de lokale (preventieve) aanpak van radicalisering en extremisme spelen gemeenten een belangrijke rol. Wat kunnen zij doen in de ondersteuning van professionals en organisaties om rondom dit thema gezamenlijk tot goede oordeelsvorming te komen?

Gemeenten hebben belangrijke rol in aanpak radicalisering en extremisme

Ik weet dat iedereen in het netwerk dezelfde taal spreekt'

Als aandachtsfunctionaris radicalisering is Marije*, jeugdprofessional in Delft, onderdeel van een lokaal netwerk dat wordt gefaciliteerd door de gemeente (zie kader). Binnen haar organisatie houdt ze het thema onder de aandacht, door informatie door te sturen of in te brengen tijdens teamvergaderingen. Collega's met zorgen of vermoedens van radicalisering kunnen bij haar terecht om te sparren over een casus.

Lokaal netwerk van Delftse professionals

De gemeente Delft faciliteert een 'operationeel netwerk' van medewerkers van gemeenten, politie, scholen, zorg- en welzijnsorganisaties, en religieuze en maatschappelijke instellingen. Deze professionals zijn getraind in het voorkomen van en omgaan met radicalisering, extremisme en polarisatie. De gemeente wil de komende jaren de deskundigheid van deze professionals behouden en vergroten. Daarvoor wordt geïnvesteerd in voorlichting, training, intervisie en het delen van kennis, vanuit het idee van een 'learning community'.

Basiskennis

Alle aandachtsfunctionarissen volgen een basistraining radicalisering en extremisme. Naast basiskennis is hierin aandacht voor reflectie op de eigen (professionele) houding. Ook faciliteert de gemeente verdiepende trainingen, over onder meer links- en rechtsextremisme, multicultureel vakmanschap en potentieel gewelddadige eenlingen. 'Zonder die trainingen had ik niet genoeg kennis gehad om dit goed te kunnen doen' zegt Marije. 'Het is een belangrijke basis om als aandachtsfunctionaris in ieder geval een goede start te kunnen maken.'

Het opdoen van kennis stopt niet na deze trainingen. In het netwerk wordt regelmatig informatie rondgestuurd, vanuit de gemeente of vanuit aandachtsfunctionarissen zelf. 'Collega's sturen artikelen door, of soms boekentips of televisieprogramma's. Zo houden we het thema bij onszelf onder de aandacht en blijven we samen volgen wat er speelt. Dat kan landelijk zijn, maar ook binnen de Delftse context.'

'Zonder die trainingen had ik niet genoeg kennis gehad om dit goed te kunnen doen'

Ervaringen delen

Sinds kort organiseert de gemeente werkbijeenkomsten voor het lokale netwerk van aandachtsfunctionarissen. Marije is enthousiast over de bijeenkomst waaraan zij heeft deelgenomen. De gemeente vroeg actief naar de wensen en behoeften van de professionals. Ook werd de bijeenkomst zodanig gefaciliteerd dat er voldoende ruimte was om onderling uit te wisselen. 'We gingen in kleine groepen uiteen, en kregen concrete vragen en opdrachten mee om te bespreken. Dat nodigt uit om je ervaringen te delen.'

Casussen konden alleen geanonimiseerd worden besproken, maar dat stond het leren van elkaar niet in de weg, vindt Marije. 'Je hoort van de ander wat wel en niet werkte in een casus. En juist omdat casuïstiek rondom radicalisering relatief weinig voorkomt, is het waardevol om die ervaringen te delen.'

Zo vertelde een jongerenwerker open en eerlijk over hoe lastig hij het soms vindt om alert te zijn op signalen van mogelijke radicalisering en tegelijkertijd zijn relatie met de jongeren goed te houden. 'Dat vond ik mooie inzichten. Vooral omdat we daar in het zorgdomein allemaal mee worstelen.'

'Juist omdat casuïstiek rondom radicalisering relatief weinig voorkomt, is het waardevol om die ervaringen te delen'

Learning community

Voor de komende jaren wil de gemeente Delft het netwerk van lokale professionals verstevigen tot een 'learning community', met onderlinge kennisuitwisseling en reflectie op de eigen professionele houding en rol. 'Daar hoort bij dat we gefaciliteerd worden in het op peil houden van onze kennis over dit thema', vindt Marije. 'Voor mij gaat het erom dat ik het gevoel heb dat ik kan en mag blijven leren. Want kennis over radicalisering is geen statische kennis.'

Die kennis geeft ze vervolgens door aan de collega's binnen haar eigen organisatie. 'Als ik over een bepaald onderwerp vaak informatie doorgestuurd krijg, dan speelt dat blijkbaar veel. Dat is voor mij een reden om dat met collega's te delen. Een tijdje geleden ging het bijvoorbeeld veel over rechts-extremisme. Ik denk dat veel van mijn collega's zich niet bewust waren van rechts-extremisme, vooral niet van de online activiteiten. Dus dat heb ik meegegeven: bevraag jongeren eens over hun online gedrag. Zonder oordeel, maar om een belangrijke leefwereld voor jongeren bespreekbaar te maken.'

'Bevraag jongeren eens over hun online gedrag'

Dezelfde taal

De kracht van het lokale netwerk is dat het actief wordt onderhouden, denkt Marije. Zo ontmoet ze zelf steeds meer collega's uit het netwerk en weet ze nog beter bij wie ze terechtkan. 'Soms heb ik casuïstiek waarvan ik weet dat ook een aandachtsfunctionaris van een andere organisatie betrokken is bij die jongere. Als er signalen zijn, kunnen we die met elkaar bespreken. En omdat we dezelfde trainingen hebben gevolgd, weet ik dat iedereen dezelfde kennis heeft en dezelfde taal spreekt. Dat helpt mij erg.'

* Om haar werk in vertrouwelijkheid te kunnen doen, wil deze jeugdprofessional niet met naam worden genoemd. We gebruiken in dit artikel daarom een gefingeerde naam.

Inzichten en aanbevelingen

  • Voor professionals is het helpend om over complexe (geanonimiseerde) casussen te sparren met een collega-professional, soms juist vanuit een andere organisatie of een ander domein. Een lokaal netwerk van (ervaren) professionals stimuleert dit collegiale overleg.
  • Zo'n netwerk functioneert alleen als het blijvend wordt gefaciliteerd, gevoed en onderhouden. Bijvoorbeeld met regelmatige informatie-uitwisseling, leer- en werkbijeenkomsten, en training en scholing.

'Dit leer je niet in één of twee dagen'

Gemeente Sudwést-Fryslân: 'Professionals moeten de ruimte voelen om hun twijfels op tafel te leggen'

'Veel eerstelijnswerkers hebben een professionele intuïtie. Een belletje dat rinkelt: hier is iets aan de hand. De kunst is om dat feitelijk te maken. Dat begint met kennis van zaken, met weten waar je mee bezig bent. Dan kun je woorden geven aan je professionele intuïtie.'

Monique Siemonsma is beleidsadviseur openbare orde & veiligheid bij de gemeente Sudwést-Fryslân. Ze heeft veel ervaring met casuïstiek rondom radicalisering. Daardoor weet ze hoe moeilijk het voor professionals kan zijn om afwijkend gedrag van een jongere te beoordelen. Vanuit haar rol in de gemeente ondersteunt ze professionals die met jongeren werken. Ze wijst hen op het bestaan van trainingen, stuurt artikelen door en verzorgt zelf regelmatig trainingen, inclusief terugkomdagen. 'Want dit leer je niet in één of twee dagen.'

Ze weet dat het daarbij helpt om een koppeling te maken naar het dagelijkse werk van de professionals. 'Ik kijk steeds wat werkt voor een bepaalde groep. Voor boa's geef ik een andere training dan voor sociaal werkers, bij wie ik me vooral richt op het proces van radicalisering. Jeugdzorgwerkers werken dagelijks aan identiteitsontwikkeling bij jongeren, dus bij hen haak ik daarop aan.'

Soms gebruikt ze bestaande bijeenkomsten om het thema bij een bredere groep professionals onder de aandacht te brengen. 'Bij algemene middagen over sociale veiligheid op school, of over jeugdcriminaliteit, breng ik radicalisering in. Ik vind het belangrijk om mee te geven: weet dat dit ook een afslag kan zijn voor een jeugdige die in de knoei zit.'

jeugdprofessional

Overleg en verbinding

Naast kennis is het belangrijk dat professionals gezamenlijk casussen beoordelen, ziet Monique. Professionele intuïtie groeit met de jaren, dus het is goed om ervaren professionals te hebben. 'Maar als je lang in dit werkveld zit, kun je een tunnelvisie creëren en te snel denken dat je de casus doorziet. Dan kun je signalen missen, of juist te snel oordelen en daarmee schade berokkenen. Het is daarom cruciaal om gezamenlijk de signalen af te pellen.'

Ook hierin ziet zij een faciliterende rol voor de gemeente. 'Zorg ervoor dat je overlegstructuren op orde zijn. Die hoeven niet specifiek over radicalisering te gaan. Je kunt bijvoorbeeld eens per maand een overleg over jongeren op straat organiseren, met jongerenwerkers, boa's, politie, gemeente, sociaal werkers en professionals van de scholen.' Ook is het waardevol om aan te sluiten bij andere overleggen. 'Ik neem deel aan het overleg van de wijkagenten. Zo houd ik de lijnen kort. En als je weet dat de scholen regelmatig overleg hebben, zorg ervoor dat daar iemand van de gemeente bij zit.'

Dit betekent niet dat een beleidsadviseur van de gemeente aan alle overleggen moet deelnemen. 'We hebben hier ook overleggen van gebiedsteamwerkers waar een jongerenwerker aanschuift. Die haalt daar signalen op en neemt die mee naar een overleg met de gemeente. Zo zorgen we ervoor dat de overlegstructuren verbindingen met elkaar hebben.'

'Het is belangrijk dat professionals de ruimte voelen om iets op tafel te leggen waarover ze twijfelen'

Twijfel

Voor Monique zijn deze overleggen niet alleen waardevol om 'harde' informatie te delen. Het gaat ook om de signalen, observaties of onderbuikgevoelens die nog niet zo duidelijk zijn. 'Het is belangrijk dat professionals de ruimte voelen om iets op tafel te leggen waarover ze twijfelen. Daarover pak je niet zomaar de telefoon en een mail sturen doe je al helemaal niet. Maar als jij als professional in een overleg zit met mensen die je vertrouwt, die je iedere maand spreekt en met wie je zaken draait, dan durf je te zeggen: ik zit hiermee, ik weet niet wat dit is.'

Die noodzaak is extra groot omdat professionals en ambtenaren niet altijd binnen hun eigen organisatie hierover kunnen sparren, ziet Monique. 'De meeste van hen zijn de enigen binnen hun team of zelfs organisatie die zich met radicalisering bezighouden. Daar komt die professionele eenzaamheid vandaan.' Ze heeft geprobeerd om regionale intervisie te initiëren, met professionals vanuit gemeenten, jeugdhulp, jeugdbescherming en politie. Maar dat blijkt lastig in de praktijk. 'De kunst van intervisie is dat je je eigen worsteling eerlijk op tafel legt. Maar wij komen allemaal vanuit verschillende organisaties, met eigen beroepscodes en richtlijnen. We mogen dus niet zomaar informatie met elkaar delen.'

'Ik merk dat veel bestuurders weinig affiniteit hebben met radicalisering'

Pitbull

Om professionals goed te ondersteunen, heeft Monique ook hun managers nodig. 'Daar zit vaak de uitdaging, meer nog dan bij de professionals. Ik merk dat veel bestuurders weinig affiniteit hebben met dit thema. En door de drukte en de bezuinigingen staat dit niet bovenaan hun lijstje. Ik moet dus een beetje een pitbull zijn. Maar als er dan iets rond dit thema speelt, weten ze me wel te vinden.'

Ditzelfde geldt ook voor het gemeentebestuur, realiseert Monique zich. 'Ik heb geluk dat ons bestuur het thema radicalisering heeft geprioriteerd en mij de tijd en ruimte geeft om ermee de boer op te gaan.' Voor gemeenteambtenaren die dat geluk niet hebben, kan nieuwe wetgeving over casusoverleggen op lokaal niveau helpen, denkt ze. 'Gemeenten hebben een wettelijke taak die met de nieuwe wet wordt verstevigd. Binnen de gemeente moet iemand vrijgemaakt worden om dat te gaan uitvoeren.'

Inzichten en aanbevelingen

  • Training en informatieoverdracht over radicalisering moeten — in vorm en inhoud — aansluiten bij het dagelijkse werk van de betreffende professionals. Aan handhavers geef je een andere training dan aan jeugdzorgwerkers.
  • Bestaande informatiebijeenkomsten voor jeugdprofessionals, bijvoorbeeld over jeugdcriminaliteit of sociale veiligheid op school, zijn geschikte gelegenheden om bij een brede groep professionals radicalisering onder de aandacht te brengen.
  • Het is als gemeente niet alleen raadzaam om verschillende overlegstructuren te organiseren, waar professionals kunnen sparren over casuïstiek en ontwikkelingen, maar ook om verbindingen tussen die overleggen te leggen.
  • Deze overleggen zijn niet alleen waardevol om 'harde' informatie met elkaar te delen, maar ook om in een veilige setting twijfels, observaties en onderbuikgevoelens te delen en te toetsen.
  • Gemeenten hebben een wettelijke taak in de integrale lokale aanpak van radicalisering en extremisme. Nieuwe wetgeving die deze wettelijke basis versterkt, helpt beleidsadviseurs om lokaal beleid op dit thema te verankeren.